Terugblik op 2023
Nutri-Score 2023: verbeterd algoritme ondersteunt gezondere voedingskeuzes
In 2023 werd een belangrijke mijlpaal bereikt met de goedkeuring van de herzieningen aan zowel het algemene Nutri-Score-algoritme als het drankenalgoritme. Dit gebeurde door de stuurgroep van de zeven landen die de Nutri-Score hebben omarmd: Frankrijk, België, Spanje, Duitsland, Luxemburg, Nederland en Zwitserland. De herzieningen waren bedoeld om de Nutri-Score nog effectiever te maken in het ondersteunen van mensen bij het maken van gezondere voedingskeuzes voor verschillende categorieën van voedingsmiddelen.
De ontwikkeling van zowel het algemene algoritme als het algoritme voor dranken zal leiden tot een grotere consistentie met de voedingsaanbevelingen:
- Vis: verbetering van de classificatie van vette vis op de Nutri-Score-schaal, zodat deze beter overeenkomt met voedingsaanbevelingen en consumenten deze producten als gezonde voedingsmiddelen kunnen herkennen;
- Graanproducten (d.w.z. pasta, rijst, brood): waar mogelijk wordt er meer onderscheid gemaakt tussen vezelrijke hele voedingsmiddelen en geraffineerde producten, om beter aan te sluiten bij de voedingsaanbevelingen;
- Plantaardige oliën: verbeterde Nutri-Score classificatie voor oliën met een gunstig voedingsprofiel, minder rijk aan verzadigde vetzuren, met name olijf-, koolzaad- en walnootoliën;
- Zuivelproducten: verbeterd onderscheid tussen ongezoete en gezoete zuivelproducten. Wat betreft kaas: verbeterd onderscheid tussen verschillende soorten kaas;
- Producten met zout of suiker: het onderscheid tussen producten op basis van hun suiker- of zoutgehalte is verbeterd, waardoor producten die te zoet of te zout zijn op de Nutri-Score-schaal worden ingedeeld volgens voedingsrichtlijnen die hun consumptie beperken;
- Dranken: alleen water heeft nu nog een A-score. Gezoete dranken en gezoete yoghurt worden lager gewaardeerd dan voorheen.
De wijzigingen in het algemene algoritme en het algoritme voor Nutri-Score-dranken zijn vanaf 1 januari 2024 van kracht geworden en moeten binnen 2 jaar volledig zijn geïmplementeerd door exploitanten die voorheen de oude berekeningsversies gebruikten (nieuwe Nutri-Score-gebruikers moeten de nieuwe algoritmen gebruiken zodra deze van kracht worden).
Op deze manier laat de Nutri-Score zien dat deze in de loop der tijd kan evolueren in antwoord op wetenschappelijk bewijs, voedingsaanbevelingen en de vraag van belanghebbenden.
Daarnaast blijft DG Dier, Plant en Voeding, als bevoegde autoriteit, net als de 7 andere landen die voorstander zijn van de Nutri-Score, pleiten voor de goedkeuring van de Nutri-Score als een verplicht aanvullend voedingsetiketteringssysteem op Europees niveau. Dit als onderdeel van de Farm-to-Fork-strategie.
Vergoeding voor de bedrijfsdierenartsen als 1e-lijnscoach in de preventie en bestrijding van AMR
De preventie en bestrijding van antimicrobiële resistentie is een belangrijk beleidsonderwerp voor de humane geneeskunde, de diergeneeskunde en het milieu. Bij dieren speelt de bedrijfsdierenarts een belangrijke rol als 1e-lijns coach. Ter erkenning van de bedrijfsdierenartsen voor het goed vervullen van deze rol, wordt een vergoeding toegekend voor de jaren 2022, 2023 en 2024.
In opdracht van de Minister van Volksgezondheid werd onder de coördinatie van de FOD Volksgezondheid een One-Health Nationaal Actieplan voor de bestrijding tegen antimicrobiële resistentie 2021-2024 uitgewerkt en goedgekeurd. Eén van de acties hierin is de ondersteuning van de begeleiding in de preventie en bestrijding van antimicrobiële resistentie op niveau van de veehouderijen. Bedrijfsdierenartsen spelen hierin een belangrijke rol. Ter erkenning, ondersteuning en stimulatie van bedrijfsdierenartsen in hun rol van 1e-lijnscoach werd een financiële tegemoetkoming uitgewerkt.
Het koninklijk besluit van 26 oktober 2023 voorziet in een vergoeding van de bedrijfsdierenartsen voor de jaren 2022, 2023 en 2024 voor de preventie en bestrijding van antimicrobiële resistentie bij dieren. Om de bedrijfsdierenartsen verder te stimuleren in hun 1e-lijnscoachingactiviteiten worden de bedrijfsdierenartsen voor varkens, vleeskalveren, leghennen en braadkippen vergoed op basis van de benchmarkkleurscore van het gebruik van antibiotica op de bedrijven waarmee ze een contract voor epidemiologische bewaking hebben. Enkel voor de bedrijven die in de groene zone zitten ontvangen ze een vergoeding van 50 euro.
Voor runderen zijn er nog geen benchmarkkleurscores beschikbaar. Hier wordt een vergoeding van 10 euro voorzien voor elk contract voor epidemiologische bewaking met een rundveebedrijf die meer dan 10 runderen heeft.
Het BelVet-Sac rapport 2022 van het Federaal Agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten noteert een reductie van 30% in de relatieve verkoopcijfers (mg/PCU) van antibiotica bij dieren sedert de start van het One-Health Nationaal Actieplan (periode 2020-2022) en een cumulatieve reductie van 58% sedert 2011, het referentiejaar gebruikt bij het vastleggen van doelstellingen. Deze resultaten valoriseren de genomen maatregelen door de verschillende partners in de bestrijding van antimicrobiële resistentie bij dieren en in het bijzonder ook de rol van en begeleiding door de dierenartsen.
Bewustmaking rond gezondheid van planten in Europa
In juli 2023 lanceerde EFSA, de Europese Commissie en hun partners, de campagne #PlantHealth4Life in de Europese lidstaten. Dit meerjarig initiatief heeft als doel het bewustzijn rond plantengezondheid in de Europese Unie te vergroten. De campagne is gebaseerd op een grondige analyse van attitudes en gedrag.
België, vertegenwoordigd door FOD Volksgezondheid, heeft tijdens het eerste jaar van de campagne een actieve rol gespeeld met als doel het publiek te informeren over de vitale rol van planten in ons dagelijks leven en de bedreigingen waarmee ze worden geconfronteerd. In het bijzonder bieden menselijke activiteiten – zoals handel en reizen – schadelijke organismen de kans om zich te vestigen in nieuwe gebieden, wat kan leiden tot verwoestende economische en ecologische gevolgen.
De campagne spoort het grote publiek aan om goede praktijken toe te passen. Een cruciaal punt is de oproep aan reizigers om geen planten mee te nemen in hun bagage, om zo de introductie van organismen die lokale ecosystemen kunnen verwoesten te voorkomen.
Door bewustmaking rond deze uitdagingen en het aanmoedigen van verantwoordelijke gedrag, wil de campagne #PlantHealth4Life ons milieu en onze voedselzekerheid voor toekomstige generaties beschermen.
Science based policy: enkele onderzoeksprojecten onder de loep
Ook in 2023 werden er verschillende nieuwe onderzoeksprojecten opgestart. Deze ‘sneak peek’ benadrukt de diversiteit aan onderwerpen waarbij wetenschappelijk onderzoek een meerwaarde betekent voor het beleid in de domeinen waarvoor DGAPF verantwoordelijk is.
Het wijnbouwareaal en de wijnproductie in België groeien sterk. Desondanks worden wijnstokken in de Belgische wijngaarden bedreigd door een brede waaier aan ziekteverwekkers waaronder virussen, bacteriën en fytoplasma’s als verwekker. In ons land is er weinig informatie beschikbaar over de status van ziekteverwekkers in wijngaarden. Ook de symptomen die deze ziekteverwekkers veroorzaken en de beschikbaarheid van goede diagnostische testen blijven onderbelicht. In deze context heeft het VITIBEL project als doel om de soorten virussen en bacteriën in Belgische wijngaarden te identificeren. Alle belanghebbenden zullen betrokken worden in het project. Inspecteurs en producenten zullen een gepaste opleiding krijgen die hen toelaat deze symptomen te herkennen. Daarnaast zullen er ook betrouwbare diagnosetesten geselecteerd en gevalideerd worden. De gewonnen informatie uit dit project zal gedeeld worden zodat iedereen die actief is in de wijnbouwsector kan anticiperen op mogelijk opkomende problemen.
Om de consument te beschermen eist de Europese voedingswetgeving de etikettering van 14 ingrediënten die allergische reacties kunnen veroorzaken. De belangrijkste onderzoeksvraag van het ALLERLIST project is of de lijst van 14 allergenen uitgebreid dient te worden met nieuwe eiwitbronnen en voedingsmiddelen van plantaardige oorsprong om de veiligheid van de consument te garanderen. Om deze vraag te beantwoorden zullen de projectpartners gebruik maken van klinische gegevens en deze combineren met computermodellen en laboratoriumtesten. De peulvruchtenfamilie, en in het bijzonder linzen, erwten en kikkererwten, zal tijdens het project als model beschouwd worden.
Vogelgriep-epidemieën zijn nauw verbonden met de trek van wilde vogels, die voortdurend nieuwe stammen van het aviaire influenzavirus meebrengen. Deze nieuwe virussen kunnen zich vestigen onder de wilde fauna en van daaruit overgezet worden naar vogels in professionele en hobby-pluimveehouderijen. De gebieden waarin er een makkelijk contact is tussen wild pluimvee en in gevangenschap gehouden pluimvee zullen in kaart worden gebracht in het FLUCART project. Op deze manier zullen de huidige risicogebieden nauwkeuriger gekend zijn en kunnen gerichte, efficiënte beheersacties mogelijk gemaakt worden.
Het volledige portfolio van projecten beheerd door de dienst Contractueel Onderzoek, is beschikbaar op de website.
Scharnierjaar 2023: verhoogd onderzoeksbudget versterkt science-based beleid van DG Dier, Plant en Voeding
Het jaar 2023 was voor de cel Contractueel Onderzoek een scharnierjaar: het onderzoeksbudget werd structureel verhoogd met maar liefst 1,8 miljoen euro. Met een jaarlijks totaalbudget van meer dan 5,4 miljoen euro zorgt de cel ervoor dat een onderzoeksprogramma kan uitgevoerd worden waarin projecten gefinancierd worden die het beleid in voedselveiligheid, dieren- en plantengezondheid ondersteunen. Hiervoor wordt er jaarlijks een oproep tot indienen van thematische en vrije projecten gelanceerd. Deze verhoging van de middelen geeft een boost aan het science based beleid van het DG Dier, Plant en Voeding.
Het onderzoeksbudget wordt verdeeld over zowel nationale als transnationale projecten. Om de uitbreiding van het onderzoeksprogramma optimaal te kunnen beheren en de groeiende internationale engagementen te kunnen waarmaken, werd het team Contractueel Onderzoek in september 2023 ook versterkt met een bijkomende wetenschapper, Lena Vlaminck.
Interfederale strategie inzake schadelijk alcoholgebruik 2023-2028
Op 30 maart 2023 keurde de federale regering een interfederale strategie inzake schadelijk gebruik van alcohol goed. Deze zal in 2025 geëvalueerd en indien nodig bijgestuurd worden. Tabaks- en alcoholexperten evenals juristen van DG Dier, Plant en Voeding hebben in 2023 deelgenomen aan de uitvoering van deze strategie.
De herziening van de wet van 24 januari 1977, die onlangs werd goedgekeurd en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, voorziet een vermindering van het alcoholaanbod en een verduidelijking van het verbod op de verkoop en het aanbieden van alcohol aan minderjarigen.
Een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de reclame voor alcoholhoudende dranken en een ministerieel besluit die voorzien in de verplichting tot verspreiding van door de Minister vastgelegde gezondheidsmededelingen, werden opgesteld. Dit op basis van onder andere het advies van de Hoge Gezondheidsraad van 26 maart 2024.
Meer informatie is beschikbaar in het activiteitenverslag 2020-2023 van de eenheid Drugsbeleid.
PANAMA: de database voor gewasbeschermingsmiddelen en bemestingsproducten
De dienst Gewasbeschermingsmiddelen en Bemestingsproducten van het DG Dier, Plant en Voeding werkt al enige tijd aan een tool ter vervanging van de huidige database die wordt gebruikt om toelatingen voor het in de handel brengen van deze producten op te maken. De nieuwe database heeft de naam PANAMA gekregen, wat staat voor Pesticides And Plant Nutrients Authorisation Management.
Deze nieuwe IT-tool moet niet alleen toelaten om het volledige toelatingsproces digitaal te doorlopen, maar wordt ook gebruikt om alle gegevens aan te leveren voor de interactieve publieke website fytoweb.be. Fytoweb fungeert daarbij als referentie voor alle gebruikers en verkopers van gewasbeschermingsmiddelen en bemestingsproducten, evenals voor inspectiediensten en het antigif-centrum.
PANAMA is reeds een negental jaar volledig operationeel voor bemestingsproducten. De volledige toelatingsprocedure kan worden doorlopen voor alle nationaal gereglementeerde producten. Daarnaast kunnen op Fytoweb ook de integrale toelatingen worden opgezocht per toelatingshouder of type van product.
Ondertussen wordt nog steeds verder gewerkt aan de ontwikkeling van het complexere deel van de applicatie voor gewasbeschermingsmiddelen. Op dit moment is de behandeling van de meeste types van ingediende aanvragen al mogelijk. In de toekomst komt er ook een frontoffice gedeelte waarbij aanvragen digitaal kunnen ingediend worden, en zal het steeds mogelijk zijn om te weten in welke fase een aanvraag zich bevindt.
In 2023 werd er een nieuwe zoekmodule voorzien die toelaat meer gedetailleerd te zoeken op alle kenmerken van een gewasbeschermingsmiddel of basisstof, de teelten waarop het mag gebruikt worden, de toegelaten dosis, de eventuele opgebruiktermijnen, … . Begin dit jaar werden ook de noodtoelatingen hierin geïntegreerd.
De bedoeling is om nog dit jaar aan parallelinvoerders de mogelijkheid te geven hun aanvragen rechtstreeks in te dienen. Eenmaal dit vlot loopt zal toegang verleend worden aan de andere aanvragers, en kan het programma ten volle benut worden. Ook daarna zullen er nog verbeteringen en toevoegingen worden aangebracht om het aanvraagsysteem optimaal te laten renderen.
Er zullen ook exportmogelijkheden worden voorzien om de data over de toelatingen ter beschikking te stellen van derden, wat hen de mogelijkheid zal geven om de applicaties te ontwikkelen die professionele gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen zullen toelaten elk gebruik elektronisch te registeren. In 2023 heeft DG APF meegewerkt aan een aanpassing van de Europese wetgeving die deze registratie verplicht maakt vanaf 2026.
NAPAN 2023: een nieuw begin
Het Federaal reductieplan voor Gewasbeschermingsmiddelen (FRPG) implementeert een reeks projecten om de risico’s verbonden aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te verminderen.
Het FRPG, dat om de 5 jaar herzien moet worden, maakt deel uit van een nationaal actieplan (NAPAN) dat ook de acties van de gewesten bundelt. Voor de periode 2023-2027 werd het FRPG al in 2022 afgewerkt, maar de goedkeuring ervan diende te wachten tot de nodige middelen werden vrijgemaakt voor de uitvoering van het plan. Het koninklijk besluit met het nieuwe FRGP werd uiteindelijk goedgekeurd op 21 december 2023.
Het nieuwe programma omvat de verderzetting of herhaling van een aantal acties, zoals het bijhouden van het nationale register van fytolicenties, het actief ondersteunen van aanvragen voor biopesticiden, het voortzetten van de monitoring van acute vergiftigingen via toxicovigilantie, het bijhouden en ontwikkelen van het charter voor een gezamenlijke aanpak van overschrijdingen van maximaal aanvaardbare concentraties van gewasbeschermingsmiddelen in Belgisch oppervlaktewater, een informatiecampagne over de verkooppunten van gewasbeschermingsmiddelen voor niet-professioneel gebruik en de publicatie van statistieken over de verkoop van gewasbeschermingsmiddelen en gerelateerde Europese indicatoren.
Ook de coördinatie voor het NAPAN en een tussentijdse herziening van het lopende programma worden verder opgenomen. Binnen de NAPAN Task Force zal er worden gewerkt aan bufferzones voor de bescherming van omwonenden en waterorganismen.
Er wordt ook een herhaling gepland van de enquête naar de kennis van particuliere gebruikers. Omdat er nu voornamelijk wordt gewerkt met een call-center om particuliere klanten te informeren, zal ook dit call-center worden geëvalueerd. Ook de verkoop aan professionele gebruikers zal nader worden gecontroleerd. Er zijn eveneens een aantal wetgevende initiatieven gepland. Zo wordt er voorzien om de basiswetgeving voor het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen te moderniseren, om een minimale driftreductie bij het spuiten te verplichten, en om een pictogram op te leggen op het etiket van gewasbeschermingsmiddelen die gevaarlijk zijn voor bijen.
Daarnaast zullen ook studies worden uitgevoerd naar de haalbaarheid van eventuele toekomstige initiatieven, zoals het verkopen aan particulieren beperken via gesloten winkelafdelingen of om de verkoopprijs van gewasbeschermingsmiddelen te koppelen aan hun risicoprofiel; Er is ook een studie gepland naar het verband tussen gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en de evolutie van bestuiverspopulaties. Last but not least zal er ook werk gemaakt worden van een toekomstvisie voor het beleid inzake gewasbeschermingsmiddelen en het verminderen van de eraan verbonden risico’s.
Bij de elders vermelde aanpassing van de zoekfunctie op Fytoweb werd het ook al mogelijk gemaakt om specifiek te zoeken op basisstoffen en gewasbeschermingsmiddelen met een laag risico en voor gebruik in de biologische landbouw, zoals voorzien door dit nieuwe programma.
Fytolicenties in 2023
Sinds 25 november 2015 moet elke professionele gebruiker, verdeler of voorlichter van gewasbeschermingsmiddelen een fytolicentie behalen. Meer informatie daarover vindt u op fytolicentie.be.
Op dit moment zijn er zo’n 58.400 licenties lopende. Daarvan is ongeveer 91% (P1, P2 en Ps) voor professioneel gebruik van deze producten. Overige licenties worden vooral afgeleverd voor de distributie van en voorlichting over gewasbeschermingsmiddelen, zoals in verkooppunten en tuincentra. Een fytolicentie wordt afgeleverd voor een periode van 6 jaar. De eerste verlengingscyclus werd beëindigd in november 2022. In 2023 werd aan 4 licentiehouders een waarschuwing gegeven en werd 1 licentie onmiddellijk geschorst en later definitief ingetrokken.
Meer dan 8.500 niet-conforme online advertenties en dossiers afgehandeld in 2023
Het E-commerce team van de Dienst Dier, Plant en Voeding van de FOD Volksgezondheid heeft in het afgelopen jaar een indrukwekkend aantal van meer dan 8.500 online advertenties en dossiers behandeld. Deze toegewijde inspanningen waren gericht op het handhaven van online markttoezicht en het uitvoeren van bijbehorende fysieke controles.
Een substantieel deel van deze controles concentreerde zich op de Belgische, Nederlandse en Franse versies van Amazon, waarbij ongeveer 8.000 advertenties onder de loep werden genomen. Opvallend genoeg bleek dat bijna 1.000 van deze advertenties niet in overeenstemming waren met de geldende voorschriften. Een significant deel van deze niet-conforme advertenties had betrekking op de online verkoop aan consumenten van elektronische sigaretten en navulverpakkingen, hetgeen verboden is in België. Verder werden inbreuken vastgesteld op wetgeving inzake technische elementen, cosmetica en tabaksproducten.
Ook heeft het E-commerce team een specifieke controlecampagne uitgevoerd op het Vinted-platform. Deze inspanningen waren gericht op het monitoren van cosmetische producten die op deze populaire online marktplaats worden aangeboden. Tijdens de campagne werd gebruik gemaakt van online mystery shopping, waarbij het E-commerce team cosmetische producten aankocht en deze liet afleveren bij het dichtstbijzijnde afhaalpunt. Het doel was om de kwaliteit en veiligheid van de op Vinted aangeboden cosmetica te beoordelen. De resultaten van deze gedurfde aanpak waren zorgwekkend. Van de 17 aangekochte pakketten werden maar liefst 15 pakketten geïdentificeerd als cosmetica met verboden ingrediënten. Deze alarmerende bevindingen benadrukken de risico’s die consumenten lopen bij het kopen van cosmetische producten op online marktplaatsen waar de controle minder strikt is dan bij reguliere winkels.
Het afgelopen jaar heeft het team 270 onderzoeken geopend op de Facebookmarktplaats en Instagram. De focus lag hierbij op particulieren die commerciële activiteiten ontplooien op deze platforms. Van deze 270 dossiers kon het team de persoonsgegevens achterhalen van maar liefst 160 (nep)profielen die zich bezighielden met niet-conforme handelspraktijken. Voor 140 onderzoeken werd samengewerkt met de lokale politiezones, waarbij openbare ontmoetingsplaatsen werden gebruikt om niet-conforme producten in beslag te nemen.
De resterende 20 controles werden uitgevoerd in de privéwoningen van verkopende particulieren, gebruikmakend van een visitatiemachtiging vanwege de zwaarte van de dossiers. De uitvoering van 13 van de 20 controles met een visitatiemachtiging heeft positieve resultaten opgeleverd en heeft geleid tot een indrukwekkende inbeslagname van meer dan 8.000 e-sigaretten en meer dan 200 pakjes illegale tabak.
Tot slot werden er voor 82 van de 304 Belgische en buitenlandse webshops, die in/naar België verzenden, maatregelen genomen om hun online verkoop naar België stop te zetten. Van de getroffen maatregelen waren er 49% gericht op cosmetica-inbreuken, 33% op elektronische sigaretten, 13% tegen tabaksproducten, 4% voor technische elementen en 1% voor roken bestemde kruidenproducten.
Op die manier heeft het E-commerce team van DG Dier, Plant en Voeding bewezen een cruciale rol te spelen in het handhaven van het online markttoezicht en de noodzaak aangetoond van voortdurende waakzaamheid en regelgeving op het gebied van e-commerce.
Werk en borstvoeding: ondersteuning en informatie tijdens Wereld Borstvoedingsweek 2023
Zoals elk jaar maakten de FOD Volksgezondheid en het Federaal Borstvoedingscomité ter gelegenheid van de Wereld Borstvoedingsweek (van 1 tot 7 oktober 2023) een borstvoedingsaffiche.
In 2023 heeft het Federaal Borstvoedingscomité (FBVC) gekozen voor het thema “borstvoeding en werken”. Steeds meer vrouwen in België willen borstvoeding blijven geven, ook wanneer ze hun werk terug hervatten. Om hen hierbij te helpen is het belangrijk dat gezondheidswerkers hen de correcte informatie verstrekken op lichamelijk, voedings-praktisch, juridisch en sociaal vlak. Het is eveneens belangrijk dat de hele samenleving moeders aanmoedigt en ondersteunt.
Samen met deze actie heeft het FBVC een memorandum opgesteld, gericht op het aanspreken van de politiek over het belang van borstvoeding voor zowel de gezondheid van baby’s als moeders. Het doel is om maatregelen te bevorderen die moeders ondersteunen bij het succesvol geven van borstvoeding. Dit kan worden bereikt door het verbeteren van beleid dat ondersteuning en bescherming biedt tegen alle vormen van marketing, evenals door het streven naar gunstigere wetgeving met betrekking tot ouderschapsverlof.
De affiche werd verstuurd naar alle gynaecologen, kinderartsen, kraamafdelingen en consultatiebureaus van ONE en Kind & Gezin in België om borstvoeding te promoten.
De volledige tekst van het memorandum is beschikbaar op de FBVC-website.
De website van het Federaal Borstvoedingscomité
Controlecampagne voor kappers, schoonheidsinstituten en nagelsalons
In het kader van de opdracht om de veiligheid en conformiteit van de in België verdeelde cosmeticaproducten te waarborgen, heeft de inspectiedienst van het DG Dier, Plant en Voeding een controlecampagne uitgevoerd bij kappers, schoonheidsinstituten en nagelsalons. Het doel van deze campagne, die liep van september tot november 2023, was om de conformiteit van de producten die in deze etablissementen worden gebruikt en verkocht te beoordelen. Hierbij werd bijzondere aandacht besteed aan de etikettering en de veiligheid van de cosmetische producten.
Zo heeft de inspectiedienst van DG Dier, Plant en voeding de cosmetische producten die in kapsalons, schoonheidssalons en nagelstudio’s worden gebruikt en verkocht, zorgvuldig gecontroleerd om te verifiëren of ze voldeden aan de wettelijke voorschriften inzake etikettering en veiligheid. Dit omvatte de controle op de aanwezigheid van essentiële informatie, zoals de ingrediëntenlijst, de afwezigheid van verboden ingrediënten, de uiterlijke gebruiksdatum, voorzorgsmaatregelen en informatie over de fabrikant.
Tijdens deze intensieve controlecampagne voerden de controleurs grondige inspecties uit in 190 inrichtingen over heel België (109 kappers, 32 nagelsalons, 43 schoonheidssalons en 6 groothandelaars). Van alle geïnspecteerde inrichtingen voldeden er 131 niet aan de etiketteringsvereisten voor cosmetische producten of bevatten hun producten verboden ingrediënten. Een groot aantal inrichtingen kreeg hiervoor een waarschuwing of een inbreukrapport.
Hieronder volgt een overzicht van de geconstateerde inbreuken:
- Etikettering: 101 inrichtingen (53%) gebruikten/verkochten cosmetische producten die vanuit etiketteringsoogpunt niet in orde waren.
Overtredingen | Aantal inrichtingen |
---|---|
Niet-conforme taal | 44 (23%) |
Naam en adres van een verantwoordelijke persoon in de EU | 55 (29%) |
Ontbreken van lotnummer | 34 (18%) |
Ontbreken van ingrediëntenlijst | 52 (27%) |
Vervallen producten | 44 (22%) |
- Ingrediënten :
In 107 inrichtingen (55%) werden overtredingen vastgesteld met betrekking tot de aanwezigheid van verboden ingrediënten. De meeste van deze overtredingen betroffen de aanwezigheid van butylfenylmethylpropional (in 52% van de geïnspecteerde inrichtingen), een CMR1B-stof die verboden is sinds 1 maart 2022. In 21% van de geïnspecteerde inrichtingen werd de aanwezigheid van hydroxyisohexyl-3-cyclohexeen carboxaldehyde aangetroffen, een allergene stof die vanaf augustus 2021 verboden is.
Na afloop van deze controles werden de inrichtingen die niet aan de voorschriften bleken te voldoen, op de hoogte gesteld van de te nemen corrigerende maatregelen en werden de niet-conforme producten uit de handel genomen. De FOD Volksgezondheid zal er nauwlettend op blijven toezien dat cosmetische producten in deze inrichtingen aan de voorschriften voldoen, zodat consumenten kunnen verzekerd zijn van veilige producten van hoge kwaliteit.
Concluderend kan worden gesteld dat deze controlecampagne het cruciale belang van regelmatige controle van cosmetische producten die worden gebruikt in kapsalons, schoonheidssalons en nagelstudio’s heeft aangetoond.
DG Dier, Plant en Voeding beëdigt 275 nieuwe dierenartsen in 2023
De FOD Volksgezondheid is verantwoordelijk voor de organisatie van het dierenartsenberoep. Een belangrijk deel daarvan is de formele eedaflegging van dierenartsen. Ze dienen namelijk onder eed te verklaren dat ze taken zullen uitvoeren die binnen het kader van de bestrijding van wettelijk te bestrijden dierziektes vallen.
In 2023 beëdigden ons DG zo 275 dierenartsen: 155 Nederlandstaligen en 120 Franstaligen. Daarnaast werden eveneens 2 diergeneeskundige rechtspersonen erkend. In 2023 beëdigden ons DG zo 275 dierenartsen: 155 Nederlandstaligen en 120 Franstaligen. Daarnaast werden eveneens 2 diergeneeskundige rechtspersonen erkend. Deze rechtspersonen zijn een samenwerkingsverband tussen erkende dierenartsen. Het leidt tot een éénheid als groep dierenartsen om het epidemiologische werk op veehouderijen gezamenlijk aan te pakken.
Daarnaast is DG Plant, Dier en Voeding ook verantwoordelijk voor de controle van niet-Belgische dierenartsen zodat ze voldoen aan alle eisen om op het Belgisch grondgebied dierengeneeskunde te mogen uitvoeren. Daarbij werden er in het jaar 2023 in totaal 43 dossiers conform verklaard. Ook buitenlandse prestatieverleners dienen hun aanvraag jaarlijks te hernieuwen in uitvoering van het koninklijk besluit van 11 april 2016 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties en het vrij verrichten van diensten van dierenartsen en richtlijn 2005/36/EG betreffende de erkenning van beroepskwalificaties. Dit zijn dierenartsen uit de aangrenzende landen die occasioneel in België werken maar in het buitenland gevestigd zijn. Er zijn 19 dierenartsen onder dit statuut actief in ons land.
Hoogpathogene vogelgriep: ondersteuning voor getroffen pluimveebedrijven via het Sanitair Fonds
De pluimvee-industrie wereldwijd wordt al jaren bedreigd door de circulatie van hoogpathogene vogelgriepvirussen. Sinds 2020 heeft het hoogpathogene H5N1-virus geleid tot een aanzienlijk aantal uitbraken in de Europese Unie, met ernstige gevolgen voor sectoren zoals de eendenteelt in Frankrijk.
Ook België is niet bespaard gebleven van uitbraken van dit type vogelgriep. Tussen het najaar van 2020 en eind 2023 werden 36 uitbraken vastgesteld op pluimveebedrijven en 24 bij particulieren. De meeste besmettingen worden veroorzaakt door de introductie van het virus vanuit wilde fauna. Het virus blijft wijdverspreid circuleren onder wilde vogels, waar tientallen tot zelfs honderden gevallen worden gemeld.
Het pluimvee van de getroffen pluimveebedrijven wordt geruimd om te vermijden dat het virus zich verspreidt naar andere pluimveebedrijven en particulieren. Ook buurbedrijven van besmette bedrijven kunnen geruimd worden wanneer de risicoanalyse ongunstig uitvalt. De goede wisselwerking tussen de sector, het Sanitair Fonds en het FAVV hebben tot op heden grotere clusterinfecties kunnen vermijden.
De eigenaars van het geruimde pluimvee en de dierlijke producten worden vergoed door het Sanitair Fonds voor het waardeverlies van de dieren en de dierlijke producten. De ongeveer even hoog oplopende operationele kosten voor de ruiming van de bedrijven worden door de federale regering gedragen via de dotatie aan het FAVV.
Voor de hiervoor vermelde periode werd een totaal bedrag van 8.935.346 euro uitbetaald aan vergoedingen, waarvan 8.931.136 euro voor professioneel pluimvee en 4.210 euro aan particulieren. De door het Sanitair Fonds uitbetaalde vergoedingen per jaar
*infecties aan het jaareinde werden uitbetaald in het daaropvolgende jaar
Het compenseren van getroffen pluimveehouders door het Sanitair Fonds is essentieel voor het behoud van levensvatbare pluimveebedrijven en speelt een cruciale rol in de strijd tegen vogelgriep. Om de uitputting van de reserve te voorkomen, heeft de pluimveesector vrijwillig verzocht om de bijdragen in 2023 te verdubbelen. Dit beleid zal ook in de komende jaren worden aangehouden om zo de nieuwe gevallen van vogelgriep het hoofd te kunnen bieden. Tegelijkertijd wordt er gewerkt aan een kader voor vaccinatie zodra de middelen en de economische en operationele haalbaarheid dit toelaten.
Nieuwe wetgeving gerecycleerde kunststoffen in contact met voeding
In september 2022 werd de Europese Verordening (EU) 2022/1616 betreffende materialen en voorwerpen van gerecycleerde kunststof bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 282/2008 gepubliceerd. Sinds 11 juli 2023 mogen enkel nog gerecycleerde kunststoffen op de markt gebracht worden die gerecycleerd werden via een geschikte of een geregistreerde nieuwe technologie.
Deze nieuwe wetgeving bevat voorschriften voor het recycleren van kunststoffen en het gebruik en het in de handel brengen van deze gerecycleerde kunststoffen die in contact komen met voeding. Zo worden er voorwaarden opgelegd rond de inzameling en voorbewerking van kunststoffen, de decontaminatie (eigenlijke recyclage), kwaliteitscontrole, etikettering, documentatie en registraties.
De verordening maakt een onderscheid tussen geschikte en nieuwe recyclagetechnologieën. Een technologie wordt geschikt geacht als er is aangetoond dat de technologie in staat is de kunststof te recycleren zodat deze voldoet aan de algemene voorschriften van Verordening (EG) nr. 1935/2004. Momenteel worden enkel mechanische recyclage van post-consumer PET en recyclage uit een gesloten en gecontroleerde keten (closed-loop) als geschikt beschouwd. Alle andere technologieën worden als ‘nieuw’ beschouwd.
Alle verschillende technologieën, recyclers, recyclingprocessen, recyclingregelingen en decontaminatie-installaties moeten geregistreerd worden bij de Europese Commissie en de betrokken lidstaat. Deze worden dan opgenomen in een EU-register. In 2023 ontving DG Dier, Plant en Voeding registraties voor 9 verschillende installaties. Vijf installaties recycleren PET via mechanische recyclage, 3 installaties werken met een recyclingschema en 1 installatie gebruikt een nieuwe technologie. Echter nog niet alle installaties werden in gebruik genomen.
Elke installatie (met uitzondering van een recyclingschema) moet 1 maand na de start van hun productie een samenvatting van de nalevingsmonitoring en verificatie van de exploitatie van een decontaminatie-installatie (CMSS) bezorgen aan de betrokken lidstaat. In België is de FOD Volksgezondheid verantwoordelijk voor het administratieve nazicht van de CMSS en zal het FAVV op basis van deze CMSS de audit bij de installatie zelf uitvoeren. In 2023 heeft DG Dier, Plant en Voeding 3 CMSS-documenten ontvangen.
Bij nieuwe technologieën moet de ontwikkelaar (of een consortium van ontwikkelaars) ook een uitgebreid kennisgevingsdossier en monitoringsgegevens bezorgen aan de lidstaat waar de ontwikkelaar is gevestigd. Vervolgens wordt nagekeken of de kennisgeving voldoet aan de bepalingen van verordening (EU)2022/1616. In 2023 heeft DG Dier, Plant en Voeding 5 dossiers ontvangen.
Meer informatie op:
Zomercampagne mystery shopping met minderjarige testkopers
In de zomer van 2023 werden in totaal 1.960 controles uitgevoerd met behulp van 26 minderjarige testkopers die tabaksproducten en alcoholhoudende dranken trachtten aan te kopen. Maar liefst 69,4% van de handelaars overtrad de regels voor de verkoop van tabaksproducten aan minderjarigen. Het percentage inbreuken voor alcoholhoudende dranken lag met 89,5% zelfs nog een stukje hoger.
Het doel van deze campagne was om de efficiëntie van de controles op het verkoopverbod van alcohol en tabaksproducten aan minderjarigen te verhogen en het controlebeleid in lijn te brengen met het Interfederaal Tabaks- en alcoholplan. Er werden duidelijke richtlijnen opgesteld voor de controleurs en inspecteurs, alsook voor de minderjarige testkopers. In deze richtlijnen werd o.a. aandacht besteed aan het uitlokkingsverbod en moesten de testkopers steeds waarheidsgetrouw antwoorden op vragen van de handelaars. Ze mochten nooit aandringen om tabaksproducten en alcoholhoudende dranken te bekomen. Bij elke positieve of negatieve controle werd een infobrief naar de handelszaak gestuurd.
Uit de resultaten blijkt dat het verbod op de verkoop van tabaksproducten en alcoholhoudende dranken aan minderjarigen zeer slecht wordt nageleefd. Van de gecontroleerde handelaars overtrad 69,4% de regels voor tabaksproducten, terwijl dit percentage zelfs 89,5% bedroeg voor alcoholhoudende dranken.
De controles met minderjarige testkopers bleken veel efficiënter te zijn dan de klassieke controles via observatie door controleurs. Via de klassieke controles op de verkoop van tabaksproducten en alcoholhoudende dranken aan minderjarigen werden in 2023 inbreukpercentages van respectievelijk 8,3% en 6,0% vastgesteld. Met andere woorden: de controles met testkopers waren respectievelijk 8,3 en 14,9 keer efficiënter dan de klassieke controles zonder testkopers. De gemiddelde extra kost van een leeftijdgrenscontrole met twee minderjarige testkopers bedroeg € 32 per controle.
Opvallend was de vaststelling dat 15-jarigen even gemakkelijk sigaretten en sterke drank konden aankopen als 16- en 17-jarigen. De horecasector en supermarkten leefden de wetgeving het slechtst na. In supermarkten waren de resultaten slecht voor zowel de klassieke verkopen aan een bemande kassa als de verkopen via zelfscan. Opvallend was dat bij zelfscans in supermarkten het zelfscansysteem blokkeerde omdat de testkopers consequent hun leeftijd correct aangaven, maar dat de winkelmedewerker vaak het zelfscansysteem deblokkeerde.
Ook bleek dat recidivisten de wetgeving even slecht naleefden als niet-recidivisten. Er kan verwacht worden dat recidivisten net het verkoopverbod beter zouden respecteren aangezien zij in het verleden hiervoor reeds proces-verbaal hebben ontvangen met bijhorende boetes. Helaas blijkt dit niet uit de controlecijfers.
Verkopers vroegen zelden naar de leeftijd of leeftijdsbewijzen. Bij alcoholhoudende dranken vroeg 13,2% naar de leeftijd en slechts 4,9% naar een leeftijdsbewijs. Voor tabaksproducten lagen deze percentages op 12,6% en 29,8%. Dit is verontrustend, gezien de naleving van het verkoopverbod essentieel is om de gezondheid van minderjarigen te beschermen.
Tabaksproducten: aantal controles | Tabaksproducten: percentage inbreuken | Alcoholhoudende dranken: aantal controles | Alcoholhoudende dranken: percentage inbreuken | |
---|---|---|---|---|
Brussels Hoofdstedelijk Gewest | 107 | 84,1% | 95 | 90,5% |
Antwerpen | 191 | 62,3% | 119 | 84,0% |
Limburg | 99 | 79,8% | 49 | 85,7% |
Oost-Vlaanderen | 144 | 59,0% | 125 | 89,6% |
Vlaams-Brabant | 128 | 65,6% | 74 | 91,9% |
West-Vlaanderen | 99 | 54,5% | 59 | 86,4% |
Vlaams Gewest | 661 | 63,7% | 426 | 87,6% |
Henegouwen | 144 | 77,8% | 82 | 92,7% |
Luik | 110 | 82,7% | 88 | 93,2% |
Luxemburg | 13 | 69,2% | 13 | 92,3 |
Namen | 37 | 78,3% | 33 | 93,9% |
Waals-Brabant | 32 | 43,8% | 27 | 88,8% |
Waals Gewest | 336 | 75,9% | 243 | 92,6% |
België | 1104 | 69,4% | 764 | 89,5% |
Insecten in levensmiddelen: streng gereglementeerde nieuwe voedingsmiddelen
Het DG Dier, Plant en Voeding volgt met haar expertise de toelatingsaanvragen voor nieuwe voedingsmiddelen op de voet, ook wanneer het om insecten gaat. België is een pionier op het gebied van insecten in levensmiddelen. Al in 2014 gaf de overheid een tijdelijke toelating voor het gebruik in voedingsmiddelen van insecten die gunstig waren beoordeeld door de Hoge Gezondheidsraad en het Wetenschappelijk Comité van het FAVV.
In de loop van de tijd heeft de Europese Unie geleidelijk het in de handel brengen van bepaalde vormen van insecten, waaronder meelwormen (Tenebrio molitor), Afrikaanse treksprinkhanen (Locusta migratoria) en huiskrekels (Acheta domesticus), officieel toegestaan. In 2023 werd ook meel van ontvette huiskrekels (Acheta domesticus) en kleine meelwormen (Alphitobius diaperinus) toegestaan voor de hele Europese markt.
Met deze reeks van toelatingen heeft DG Dier, Plant en Voeding van de gelegenheid gebruik gemaakt om er op zijn website en in de media op te wijzen dat insecten een veilige en gereguleerde eiwitbron zijn en dat ze daarom een zeer interessante alternatieve eiwitbron vormen.
Ze zijn volkomen veilig dankzij zeer strenge wettelijke criteria en een toelatingsprocedure voordat ze op de markt mogen worden gebracht. De veiligheid van elk toegelaten insect wordt grondig beoordeeld door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA). De gebruiksvoorwaarden worden vastgesteld door de Europese Commissie, in samenwerking met de gezondheidsautoriteiten van de lidstaten, waaronder onze experten.
Tot slot wordt de transparantie voor consumenten goed gewaarborgd door een strenge etikettering. Producenten moeten duidelijk de gebruiksbenaming en de Latijnse naam van het insect op de verpakking vermelden, evenals de specifieke vermeldingen die zijn gedefinieerd in de Europese wetgeving. Voor meel van ontvette krekels bijvoorbeeld, moet op het etiket staan “poeder van Acheta domesticus (huiskrekels), gedeeltelijk ontvet”. Bovendien moet het risico op een allergische reactie, vooral voor mensen die allergisch zijn voor schelpdieren, weekdieren of mijten, duidelijk worden aangegeven, zelfs voor niet-voorverpakte producten.
Meer informatie:
Nutrivigilantie: een nieuw voedselbewakingssysteem
Om de voedselveiligheid te garanderen en een hoog niveau van bescherming van de gezondheid van de consument te verzekeren, zet DG Dier, Plant en Voeding in België een “Nutrivigilantie”-systeem op. Dit nieuwe systeem maakt het mogelijk om bijwerkingen te melden die verband houden met de consumptie van bepaalde soorten voedingsmiddelen.
Het doel is het verzamelen en registreren van bijwerkingen die verband houden met de consumptie van bepaalde voedingsmiddelen: voedingssupplementen, nieuwe voedingsmiddelen (bijv. insecten), voedingsmiddelen voor specifieke groepen (bijv. zuigelingenvoeding) en verrijkte voedingsmiddelen (bijv. energiedrankjes). Nutrivigilantie is van toepassing op voedingsmiddelen die voldoen aan de wetgeving en heeft geen betrekking op bijvoorbeeld gevallen van voedselvergiftiging waarbij de wettelijke voorschriften niet werden gerespecteerd (verantwoordelijkheid van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen).
Sinds 3 december 2023 wordt deze nutrivigilantie in België geregeld door twee koninklijke besluiten, één over het melden van bijwerkingen en één over de Commissie Nutrivigilantie.
Bijwerkingen kunnen variëren in aard en ernst (bv. maagpijn, veranderde bloedmarkers, orgaanfalen, enz.). Burgers kunnen bijwerkingen die ze hebben ervaren of gezien melden en kunnen ook een arts of gezondheidswerker vragen om ze via het nutrivigilantiesysteem te melden. Operatoren (d.w.z. fabrikanten, distributeurs, enz.) zijn wettelijk verplicht om alle bijwerkingen te melden waarvan ze op de hoogte zijn. Gevallen van verkeerd gebruik, d.w.z. gevallen die verband houden met een onjuist gebruik van het product, moeten ook worden gemeld. Bijwerkingen worden gemeld via een formulier dat online of in PDF-formaat beschikbaar is. De experten van DG Dier, Plant en Voeding voeren een voorlopige beoordeling van het dossier uit en geven deze vervolgens ter bestudering door aan medische experts, een Nutrivigilantie Commissie en, indien nodig, wetenschappelijke comités. Afhankelijk van de resultaten van de evaluaties van de bijwerkingen en het aantal ontvangen gevallen, wordt vervolgens bepaald of het nodig is om een veiligheidsstudie uit te voeren naar een specifiek ingrediënt en of er maatregelen moeten worden genomen met betrekking tot een product of ingrediënt.
In 2023 lag de focus op het vinden van medische experts, het oprichten van de Nutrivigilantie Commissie, het afwerken van het online formulier en de PDF-versie ervan en het creëren van de webpagina’s gewijd aan dit nieuwe systeem. Dankzij de vruchtbare samenwerking tussen de verschillende betrokken medewerkers werd het project op 11 januari 2024 officieel gelanceerd in België. Alle informatie over Nutrivigilantie is hier beschikbaar.
Registratie van inrichtingen waar paardachtigen worden gehouden
In het kader van de nieuwe Europese dierengezondheidswet moeten alle inrichtingen waar paardachtigen worden gehouden in een centrale gegevensbank worden geregistreerd, met uitzondering van de dierenklinieken en dierenartspraktijken. Deze maatregel is erop gericht alle plaatsen waar paardachtigen tijdelijk of permanent zouden kunnen worden gehouden, te registreren om de nodige gezondheidsmaatregelen te kunnen treffen. Op die manier zullen de veterinaire overheden bij de uitbraak van een epidemie zo snel mogelijk acties kunnen ondernemen bij elke houder.
In België werd een nieuwe module uitgewerkt met het oog op de registratie in HorseID. Deze was reeds in februari 2022 operationeel en de registratie gebeurde toen op vrijwillige basis. Sinds 16 december 2022 dient elke particulier of professioneel verantwoordelijke van een plaats waar paardachtigen worden gehouden, zijn inrichting verplicht te laten registreren. Onder ‘inrichting’ verstaat men boxen, weiden die voorzien zijn van boxen of enkel weiden.
Het registratienummer verwijst naar de provincie waar de inrichting zich bevindt. Het is een uniek nummer dat gekoppeld is aan een geografische vestigingsplaats en niet aan een natuurlijke of rechtspersoon. Dit betekent dat, indien de voorzieningen door een andere verantwoordelijke worden beheerd, het registratienummer dat aan de inrichting toegewezen werd, ongewijzigd blijft.
Naast die registratie moet de verantwoordelijke van de plaats waar paardachtigen worden gehouden, een register bijhouden om de bewegingen van de paardachtigen die in zijn installaties aanwezig zijn, te traceren. Dit register is in het bijzonder belangrijk voor de traceerbaarheid van dieren die minder dan 30 dagen in de inrichting verblijven, omdat ze in dat geval niet verplicht aan de inrichting moeten worden gekoppeld in HorseID.
De Belgische Confederatie van het Paard zorgt, in opdracht van de FOD Volksgezondheid, voor het beheer van HorseID. Ze heeft informatiecampagnes gehouden en meerdere verklarende modules online geplaatst om de verantwoordelijken te helpen bij het vervullen van hun verplichtingen.
Momenteel werden er 20.520 inrichtingen in HorseID geregistreerd. Sinds het systeem operationeel is, werden er 30.309 paardachtigen aan een inrichting gekoppeld en voor 8.680 paardachtigen werd de plaats waar ze worden gehouden, gewijzigd.
Uitvoering van het nieuwe tabaksplan in 2023
Na de goedkeuring van de interfederale strategie voor een tabaksvrije generatie in december 2022, hebben de juristen en de experten inzake tabak en alcohol van het DG Dier, Plant en Voeding gewerkt aan de ontwikkeling van maatregelen om de vele acties van het plan uit te voeren.
Het verbod op nicotine- en cannabinoïdezakjes, de wijziging van het koninklijk besluit inzake elektronische sigaretten en het verbod op de verkoop van tabaksproducten via automaten werden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en traden in werking in 2023.
De experten van DG Dier, Plant en Voeding hebben ook gewerkt aan wijzigingen in de wet van 24 januari 1977 met als doel om de verkoop van tabaksproducten in tijdelijke verkooppunten en in voedingswinkels van meer dan 400 m² te verbieden, een verbod op de uitstalling van tabaksproducten te voorzien, evenals strengere straffen voor overtredingen van het reclameverbod. Ook de wet van 22 december 2009 werd aanzienlijk aangepast. Deze wijziging breidt het rookverbod uit naar verschillende buitenruimtes waar veel minderjarigen aanwezig zijn. Daarnaast is een rookverbod ingevoerd bij de ingangen van diverse openbare gebouwen. Beide wetswijzigingen zijn op 14 maart 2024 in de plenaire vergadering van de Kamer besproken en goedgekeurd.
Tevens werd er ook een Wet “Diverse bepalingen” opgesteld om de bevoegdheden van mystery shoppers te versterken en om te voorzien in de sluiting van inrichtingen bij herhaalde overtredingen van het rookverbod, de verkoop van tabak en alcohol aan minderjarigen en het reclameverbod. Daarnaast kunnen inrichtingen gesloten worden bij ernstig en dreigend gevaar voor de gezondheid. Deze versterkte bevoegdheden zullen de controleurs en inspecteurs helpen om de naleving van de wetgeving beter te waarborgen.
Daarnaast werd ook het koninklijk besluit m.b.t. tabak gewijzigd om de regels inzake kennisgeving, samenstelling, etikettering en presentatie aan te scherpen en om de Europese richtlijn over bijkomende vereisten voor nieuwe tabaksproducten om te zetten. De wijziging werd op 19 maart gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
Er werd ook gewerkt aan een wijziging van het koninklijk besluit op de neutrale verpakkingen, met als doel de standaardisatieregels uit te breiden naar alle tabaksproducten en rookproducten op basis van planten.
Tot slot werd in september 2023 een aanvraag ingediend bij de Europese Commissie voor een verbod op elektronische wegwerpsigaretten met en zonder nicotine, en wordt er hard gewerkt aan richtlijnen om de inmenging van de tabaksindustrie in de ontwikkeling van gezondheidsbeleid in de strijd tegen het tabaksgebruik te bannen. Al deze vorderingen op wetgevend vlak hebben als doel de gezondheid van mensen te verbeteren en het bereiken van het doel van de interfederale strategie, zijnde een rookvrije generatie in 2040.
Toelatingsbeleid voor gewasbeschermingsmiddelen
De core-business van de Dienst gewasbeschermingsmiddelen en bemestingsproducten bestaat uit het evalueren van aanvragen voor het op de markt brengen van producten. Daarbij wordt getracht een zo optimaal mogelijke dienstverlening te bieden aan de aanvragers. Tegelijkertijd dient de evaluatie ook grondig te gebeuren zodat de Europese en nationale regels gerespecteerd worden. Om rekening te houden met de specifieke Belgische omstandigheden worden daarbij soms monitorgegevens opgevraagd. Hierdoor gebeurt het regelmatig dat er beperkende maatregelen worden opgelegd voor bepaalde gewasbeschermingsmiddelen.
In 2023 werd een grondige evaluatie uitgevoerd van het gebruik van bentazon. Dit omdat deze stof te vaak wordt aangetroffen in ons oppervlakte- en grondwater. Om de gebruikstoelating van bentazon te kunnen behouden, bleken verregaande maatregelen nodig, zoals een beperking tot het gebruik op specifieke bodemtypes en tot verkoop aan telers van erwten en bonen. Deze beperkingen werden opgelegd in 2024 als ultieme kans tot behoud van bentazon voor deze teelten, aangezien er geen alternatieven beschikbaar zijn.
Voor prosulfocarb werden er vorige jaren al beperkingen opgelegd. Dit om het gebruik van het product veilig te houden voor aangrenzende gewassen, waarin ongewild residuen werden aangetroffen. In 2023 kwam er nieuwe informatie waaruit bleek dat de giftigheid van de stof veel hoger is dan eerder gedacht. Omdat de veiligheid van omwonenden niet langer kon worden gegarandeerd, werd de gebruikstoelating met onmiddellijke ingang geschorst nog voor de start van het seizoen 2024.
Na de vernieuwing van de toelating van producten met de werkzame stof glyfosfaat op Europees vlak, dienen ook de nationale toelatingen van deze gewasbeschermingsmiddelen herzien te worden. Aanvraagdossiers hiervoor moeten worden ingediend in 2024. Verwacht wordt dat deze vernieuwingsprocedure opnieuw zal leiden tot verdere beperkingen van het gebruik van producten met glyfosaat.
Tot slot werd in 2023 ook de langverwachte nieuwe evaluatiemethodologie voor de effecten van gewasbeschermingsmiddelen op bijen gepubliceerd door EFSA. DG Dier, Plant en Voeding heeft actief meegewerkt aan de uitwerking van deze zeer gedetailleerde methodologie, die moet toelaten de bijen beter te beschermen. Hopelijk kan deze in de loop van 2024 worden goedgekeurd op Europees vlak zodat er voortaan rekening mee kan worden gehouden bij de evaluatie van gewasbeschermingsmiddelen en werkzame stoffen.